5
Luister, jullie rijken! Ween en jammer wegens de ellende die je zal overkomen! Jullie rijkdom is verrot, je kledij door de motten aangevreten. Jullie goud en zilver is verroest, en die roest zal tegen je getuigen. Het zal je lichaam verteren als vuur. Jullie hebben schatten verzameld terwijl het einde van de tijd nadert. Het loon dat jullie hebben achtergehouden van de dagloners die jullie velden hebben gemaaid, roept het uit en het geschreeuw van de arbeiders die hebben geoogst, heeft de oren van de Heer van de hemelse legers bereikt. Door op aarde in overdaad en genotzucht te leven, hebben jullie jezelf vetgemest voor de slachttijd. De rechtvaardige die zich niet tegen jullie kan verzetten, is door jullie veroordeeld en omgebracht.
Heb dus geduld, broeders en zusters, tot de komst van de Heer. De boer die uitkijkt naar een waardevolle oogst, wacht geduldig totdat de herfst- en voorjaarsregens op het land zijn gevallen. Ook jullie moeten geduldig blijven en moed houden, want de Heer komt spoedig. Klaag niet over elkaar, broeders en zusters, anders zal er over jullie worden geoordeeld. De Rechter staat al voor de deur. 10 Broeders en zusters, neem een voorbeeld aan het geduldige lijden van de profeten die in de naam van de Heer spraken. 11 Zij die hebben volhard, worden als gezegend beschouwd. Jullie hebben gehoord over de volharding van Job en jullie hebben gezien wat de Heer uiteindelijk heeft gedaan. De Heer is vol mededogen en medeleven. 12 Maar bovenal, broeders en zusters, zweer niet bij de hemel, zweer niet bij de aarde en zweer ook niet bij iets anders, maar laat je “ja” ja betekenen en je “nee” nee; anders zal je worden veroordeeld.
13 Heeft iemand bij jullie het moeilijk? Dan moet hij bidden. Is iemand blij? Dan moet hij lofliederen zingen. 14 Is iemand ziek? Dan moet hij de oudsten van de kerkgemeenschap uitnodigen om voor hem te komen bidden en hem met olie te zalven in de naam van de Heer. 15 Dan zal de zieke beter worden dankzij het gelovige gebed en zal de Heer hem genezen. En als hij heeft gezondigd, zal het hem worden vergeven. 16 Beken daarom jullie zonden aan elkaar en bid voor elkaar, opdat je geneest. Het gebed van een rechtvaardig mens is namelijk doeltreffend en kan veel bereiken. 17 Elia was een gewoon mens zoals wij, en toen hij vurig bad dat het niet zou regenen, regende het drie jaar en zes maanden lang niet in het land. 18 En toen hij opnieuw bad, begon het hard te regenen en leverde het land gewassen op. 19 Mijn broeders en zusters, als bij jullie iemand van de waarheid afdwaalt en door een ander wordt teruggeleid, 20 dan mogen jullie weten dat wie een afgedwaalde zondaar van het verkeerde pad terugleidt, die persoon van de dood redt en veel zonden uitwist.